zaterdag 18 augustus 2007

Shanghai en terugreis

Ik schrijf dit terwijl ik thuis achter de computer, met een stevig jetlag gevoel. Op de klok is het half tien, maar het voelt als middag. Gisterochtend stonden we om vijf uur plaatselijke tijd op in ons hotel in Shanghai.

Het vorige bericht eindigde in Chongqing. Adriaan voelde zich wat minder, het Chinese eten begon tegen te staan, vooral bij de kinderen. Het leek een beetje het natuurlijk punt om naar huis te gaan, maar we hadden Shanghai nog op het programma staan. Op dinsdag 14 augustus werden we ’s morgens met een (veel te groot) busje naar de luchthaven gebracht. Zogenaamd wegens het risico van files werden we veel te vroeg gehaald, maar in werkelijkheid moesten we nog naar een park met een klein museum, een oud huis waar ooit een belangrijke meneer met zijn familie en concubines had geleefd. We werden rondgeleid langs de diverse bedden – eigenlijk kleine kamertjes, met elk twee zitplaatsen en een tafeltje om thee te drinken alvorens te besluiten of deze concubine aan de beurt was of niet - . Aan het eind werd ons weer allerlei koopwaar aangeboden. Toen we niet geïnteresseerd bleken om geld uit te geven, was het weer snel gedaan met de vriendelijkheid van het meisje dat ons rondleidde: een inmiddels bekend patroon in China.
Na deze onderbreking hadden we eerst nog een probleem om met de bus uit het park te komen. Ondanks het feit dat deze bus als bus van de plaatselijke regering over luidsprekers en een extra harde toeter beschikte, kwamen we maar moeilijk uit de steeg waar andere auto’s onze doorgang versperde. Het Chinese patroon waarin niemand een ander ruimte wil geven – iedereen beleeft die andere anderhalf miljard mensen als concurrenten – begon ons te hinderen. Maar goed, uiteindelijk konden we op tijd inchecken in de vlucht van Shanghai Airlines, en ’s middags werden we van het internationale vliegveld Pudong gehaald met weer een andere bus.















Het hotel Zhao An (‘Gelukkig Voorteken’) lag aan de rand van een niet al te beste wijk, maar zag er redelijk uit. De mensen aan de receptie spraken een beetje Engels en waren vriendelijk. In de kamer waar Liesbeth en ik zouden slapen stonk het echter zo naar verf – mogelijk een verf die in Nederland verboden is, dacht ik – dat we om een andere kamer vroegen, Na een alternatief dat we afwezen – de stank was er mogelijk nog erger – en een vriendelijk dreigement dat ik de reisorganisatie om een ander hotel zou gaan vragen, kregen we een prima en veel ruimere kamer.

Dezelfde middag liepen rond om het Plein van het Volk, dat heel weinig met het volk te maken heeft, en gingen we naar de Bund, met de oude Europese gebouwen en het uitzicht op het moderne Pudong met de Oriental Pearl toren en de wolkenkrabbers. Later op de avond ben ik daar nog met Evert naar toe gegaan om de mooie verlichting en lichtreclames te zien. We zagen een waanzinnig groot billboard om een boot langsvaren. We liepen nog even over de brug over de Suzhou rivier. Vlak daarbij zagen we de restaurantjes waar je voor Europese prijzen een biefstukje kunt eten en een glas wijn drinken.







































































Op woendag 15 augustus hadden we eerst een redelijk ontbijt: ook het Westerse ontbijt was hier goed te eten. Daarna namen we de metro naar Huangpi Nanlu, een station bij de Huahuai Lu, na Nanjing Lu de belangrijkste winkelstraat. Vandaar liepen we naar de plaats waar het eerste congres van de Communistische Partij ooit plaatsvond, nu ironisch genoeg onderdeel van het kapitalistische project om van een oude Chinese wijk een toplocatie voor restaurants en winkels te maken: Xintandi. Je kunt hier prima Frans en Italiaans eten of een Beiers biertje voor een paar euro kopen. Wij gingen naar de Franse bakker, waar zowaar ‘Boulangerie-Patisserie’ op het raam stond. We werden zelfs in het Frans aangesproken in deze winkel die binnen oude Franse concessie ligt. Maar verder dan die paar woorden kwamen deze Chinezen ook niet. De broodjes waren prima.



















Na dit bezoek aan Xintandi liepen we naar de beroemde rommelmarkt van Dongtai Lu. Adriaan kocht hier nog een oude communistische Chinese camera, de tegenhanger van Soviet Lubitel, mijn eerste camera die ik in 1965 of zo kocht. Ik overwoog nog om een Mao beeldje te kopen, waar de grote boef in een leunstoel zit en een sigaretje rookt, maar dat betekende weer meer gewicht in het vliegtuig. Door de rommelige Fangbang Lu, met lage huisjes, kleine winkeltjes en overal mensen, gingen we richting Yuyuan. Van dit deel van de stad wordt wel steeds meer afgebroken om plaats te maken voor nieuwbouw.
















Dit levert vreemde contrasten op: extreme armoede aan een kant van de straat, en dan een muur aan de andere kant met poorten die toegang geven tot toplocaties met namen als ‘eeuwige zon’ of ‘gelukkig leven’. Dit is China…
































Zo kwamen we dan in het Yuyuan complex, het volledige opgeknapte of herbouwde complex, waar je in traditionele huizen duur kunt eten en op andere manieren je portemonnee kunt legen. Alles airconditioned, voorzien van roltrappen en andere gemakken.






























In deze omgeving namen we afscheid van Adriaan en Evert die eerder naar het hotel teruggingen met de taxi. Met Inge liepen Liesbeth en ik nog door een overdekte markt die helemaal was volgestouwd met artikelen van lage kwaliteit. En mensen, mensen, mensen.


















Met de veerpont staken we vervolgens over naar Pudong, om daar in de mooiste mall van Shanghai terecht te komen, de Super Brand Mall, vlak bij de Oriental Pearl Tower. Omdat dit soort grote winkels mij al vrij snel op de zenuwen gaan werken, bracht ik mijn tijd grotendeels door in een cafetaria waar ze goede koffie en zelfs een redelijk flan hadden. Met Chinese muziek op de achtergrond. Liesbeth en Inge kochten in de supermarkt van alles om te eten.






















’s Avonds hadden we nog niet zoveel honger door al deze broodjes. Iets later besloten we eten te gaan zoeken in de omgeving van de West Nanjing Road. Het werd een heel gezoek. We zagen heel gezellige soort overdekte terrassen – heel zeldzaam in China – waar je dus buiten kon eten, Maar wel Chinees, en daarom zochten we verder, hoewel het er erg gezellig uitzag. Op dit gedeelte van de Nanjing Lu hingen overal lampjes in de bomen, het was net Kerstmis.

Uiteindelijk kwamen we uit bij een Japans restaurant. We werden in een soort apart zijkamertje op de eerste (in China dus tweede) verdieping geplaatst. Het was niet goedkoop, maar wel smakelijk: een goed alternatief voor het Chinese eten dat de anderen de neus uit begon te komen. En het was er erg rustig.

Liesbeth en Adriaan gingen van hier met de metro naar het hotel. Inge, Evert en ik bleven nog wat rondwandelen, maakten allerlei flauwe grappen, schaamden ons afwisselend voor elkaars gedrag en kochten ijsjes voor het indrukwekkende bedrag van 4 yuan (40 eurocent). Met de taxi kwamen we terug bij het hotel.


Voor de laatste dag, donderdag 16 augustus, stonden een paar dingen op het programma. Adriaan wilde elektronica en fotospullen kijken en misschien kopen in een van de grote gespecialiseerde malls. Inge wilde nog CD’s of DVD’s kopen. Ik wilde nog een stuk in mijn eentje door de stad wandelen.

Ik liep vanaf het hotel grotendeels langs de Suzhou (Wusong) rivier en door armoedige wijken richting de Huangpu rivier. Ik zag de armoedige mensen op straat hun kleren wassen en eten klaarmaken, ik zag de kippen door de wijk scharrelen en rook de rioollucht die tussen de huizen hing. Op de achtergrond zag ik de prachtige gebouwen van het Plein van het Volk.



















































We hadden afgesproken om elkaar weer te zien in de Super Brand Mall aan de overkant van de rivier. Ik was daar ruim op tijd en zag daar Inge en Liesbeth. Daar wachtten we op Adriaan en Evert die een halfuur te laat kwamen en telefonisch niet bereikbaar bleken. De lunch was weer niet Chinees. Deze keer was het Thai eten dat ons – behalve Evert misschien – goed smaakte. Adriaan en ik gingen even naar het hotel. Van daar gingen we iets later met de metro naar het nieuw Station Shanghai Zuid, inderdaad een interessant gebouw, maar minder spectaculair dan ik verwacht had.



























































Hier probeerden we per taxi naar de elektronica mall te komen die ik via internet had opgezocht: Xujiahui. Toen de taxichauffeur mij voorstelde ons voor 100 yuan daarheen te brengen, vroeg ik Adriaan direct uit te stappen. Dit was dus een oplichter die zijn taximeter niet wilde gebruiken. De eerste tot nu toe. We namen dus de metro, en na drie stops, voor 3 yuan per persoon, bevonden we ons in de Pacific Computer Mall 2 en later in de Pacific Computer Mall 2 tussen een misselijkmakende hoeveelheid elektronica.































We probeerden nog wat te onderhandelen over camerageheugen, maar we vertrouwden de zaak niet. We hadden in deze situatie liever donker haar en smalle ogen gehad. Als Westerling wordt je gewoon genaaid. Toch was het heel interessant om hier wat rond te kijken. Zo zagen we bijvoorbeeld hoe ze computers ter plekke in elkaar zetten voor de klant. Het ziet er allemaal heel rommelig uit, maar het lijkt te werken.

Iets te laat waren we terug in het hotel, waar Liesbeth, Evert en Inge op ons wachtten met wat over was van het bier en de cola. We besloten te gaan eten op het terras aan de Naning Xi Lu (West Nanjing road) dat we eerder hadden laten liggen omdat we geen Chinees wilden eten.

















Het was inderdaad heel gezellig om daar in een soort afgesloten hokje op straat te eten bij een temperatuur van ongeveer 25 graden. Af en toe kwamen er bedelaars of horlogeverkopers aan onze ingang staan om ons eraan te herinneren dat we nog steeds in China waren op deze laatste dag van de vakantie. We aten van allerlei gerechten. Het varkensvlees was een beetje te vet, maar de rest smaakte ons wel prima. Onze laatste lege flessen gaven we aan een oud vrouwtje dat heel onhandig met een plastic zak vol flessen bezig was haar inkomen te verzamelen voor deze dag. Eerder hadden we ergens gehoord dat die flessen 1 mao = 0,1 yuan, 1 eurocent dus, opleveren. Er zat naar schatting 25 cent in de zak die ze steeds liet vallen. We sloten de avond af met een laatste bezoek aan de Bund: het uitzicht op Pudong en de Oriental Pearl Tower, de verlichte boten op de rivier en de ongelofelijke menigte mensen. Verschillende Chinezen wilden weer met ons op de foto.



































Met deze indrukken eindigde onze laatste dag in Shanghai.

De wekker ging vrijdag om vijf uur. Om half zes checkten we uit en een kwartier later zaten we in het busje naar de luchthaven. De eindeloze dag van wachten en reizen was begonnen. We landden om half twee plaatselijke tijd op Schiphol. Hier namen we afscheid van Adriaan die naar Franny in Amsterdam ging. Even voor halfzes waren we thuis, 18 uur nadat we bij het hotel hadden uitgecheckt. Eric haalde onze koffers op en nam Inge en Evert mee. Ik liep met Liesbeth naar huis door het heerlijk frisse Geldrop. Ik was elk gevoel van tijd kwijt toen ik – volgens de klok – om halfacht naar bed ging.

--EINDE--

maandag 13 augustus 2007

Op donderdag gingen we met Drolma op weg naar de Panda's, naar het Wolong reservaat. Na een lange rit door een nat berglandschap, langs wegen die hier en daar voornamelijk uit kuilen bestonden, kwamen we bij het centrum aan waar de panda's gefokt worden. In het eigenlijke reservaat worden geen mensen toegelaten. De dieren, waarvan er totaal nog zo'n duizend op de wereld zijn, waren heel aandoenlijk, zoals ze hun bamboe zaten op te peuzelen, met elkaar speelden. We zagen ook hoe een zuigeling zo klein als een vuist de fles kreeg.
































We sliepen in het hotel van het dorpje vlak bij het reservaat. Met Liesbeth maakte ik nog een wandeling door het dorpje, waar werkelijk niets te beleven was. We overwogen nog om in plaatselijk restaurant te eten, maar het hotel leek toch veiliger. Daar hief ik nog het glas met een Chinees die al veel te veel op had, toegejuicht door zijn vrienden aan de tafel.














De volgende dag gingen we de hele lange weg weer terug de berg naar beneden, inclusief de dertig kilometer compleet opgebroken weg, waar de auto meer dan een uur over deed. Maar uiteindelijk kwamen weer enigszins in de bewoonde wereld, op weg naar de Taoistische berg Qingcheng. Het was een beetje een kermis met duizenden Chinezen die dezelfde berg aan het beklimmen waren, maar hoe hoger we kwamen op deze 2000 meter hoge beklimming - inclusief een lange en steile kabelbaan, hoe minder vol het werd. Drolma kon ons veel vertellen, soms in erg omslachtige verhalen, waar de kern niet altijd meteen duidelijk was, maar toch altijd interessant. De kern van het Taoisme is de speurtocht naar lang leven, begrepen we, terwijl we van tempel naar tempel liepen, terwijl het af en toe regende en we van de paraplu's gebruik maakten die we van het hotel geleend hadden.





































Het hotel had iets Japans, een geheel van gebouwen achter elkaar met gangen ertussen, veel donker houtwerk, een vijver met Lotus erachter.

Na het Taoisme was het Boeddhisme aan de beurt. Op zaterdag reden we weer door allerlei rommelige dorpen, via rijstvelden tussen de heuvels naar de provinciestad Leshan gelegen aan een van de armen van een rivier waarvan ik nu de naam alweer kwijt ben. De grootste Boeddha van China, of misschien wel van de wereld, trok een beetje teveel Chinezen naar onze smaak. Het lukte niet om via de trappen langs de Boeddha naar beneden te lopen. Daar stond een wachtrij van naar schatting 2 uur. We stelden ons tevreden met het uitzicht op zijn hoofd en vandaar een zich op zijn handen. Daarnaast keken we in de tempel rond, leerden van Drolma het nodige over het Boeddhisme - het was duidelijk dat zij veel positiever over dit geloof was dan over het in haar ogen oppervlakkige Taoisme. Maar van een Tibetaanse verwachtte ik niet anders.





































Na deze excursie besloten we in Leshan hotpot te gaan eten. Drolma hielp ons door een briefje te schrijven met de voornaamste termen erop, waaronder een uitdrukking voor 'half-half": de helft van de saus scherp en de andere helf (in een pot binnen de pot) niet scherp. Nou, als ze daar in Sichuan scherp zeggen dan is het ook scherp! De scherpe bouillon bestond voor de helft uit rode en zwarte peper. We maakten er samen een gezellige bende van. En met het bier inbegrepen kostte dit festijn ons omgerekend minder dan 15 euro...

Na het eten maakten we nog een wandeling door Leshan. Langs de boulevard bij de rivier waanden we ons in een Zuid-Europees land, met al die flanerende mensen onder de palmbomen. Maar toen we luisterden naar volkszang onder leiding van een plaatselijke muziekjuf, ondersteund door de tekst + noten op een overheadprojector, wisten we zeker dat we in China waren.
















Zondag werd een heel lange rit naar Dazu, waar we de Boeddhistische beeldhouwwerken wilden bekijken die mensen daar 100 jaar geleden in de rotsen hadden gehouwen. Omdat de snelste weg bijna 150 km omrijden zou betekenen, reden we de kortste weg, die voor de helft uit compleet kapot gereden wegen bestond zonder herkenbare bestrating. Regelmatig kwamen we door dorpen die zo armoedig waren dat je ze eerder in Afrika zou verwachten. Langs de kant van de weg allerlei primitieve winkeltjes, mensen die aan het werk waren, kinderen, honden, hopen afval, hokken met kippen. We zagen mannen lopen met een soort mand waarin een dood varken lag, waren getuige van de gevolgen van een verkeersongeluk, waar een driewieler met varkens nu geen voorruit meer had en de eigenaar beteuterd achter het stuur zat.















Na deze eindeloze rit kwamen we eindelijk in Dazu, een naar Chinese begrippen kleine stad. Hier aten we in een klein maar redelijk goed restaurant. Daarna moesten we wachten op een extra gids. Drolma was in deze provincie niet meer bevoegd om voor gids te spelen. Zelf was ze ook nog nooit bij de beeldhouwwerken van Dazu geweest. Toen de gids er was, moesten we met een elektrisch treintje naar het terrein van de sculpturen toe. Daar begon de uitleg van onze gids, die zo beroerd Engels sprak dat we tussen 20% en 50% konden verstaan, afhankelijk van onze ervaring met slecht Engels sprekende Chinezen. Maar de beeldhouwwerken waren heel interessant. Het park was rustig. Ondanks het feit dat het weekend was, werd het park niet overspoeld door duizenden Chinezen zoals de vorige twee bezienswaardigheden. Dazu lag tever van de grote weg af.
















Het landschap rondom Dazu had wel iets van Zuid-Europa, Italië misschien. Ons hotel was een groot hotel met een te grote lobby, in de stijl waarin veel te veel in China is gebouwd. In de hal rook het muf naar vocht. De protserige kroonluchters, de leren fauteuils, het vele nepgoud en de foto's van beroemdheden die ooit op bezoek waren geweest (Hu Jintao bijvoorbeeld) konden de tekenen van verval en de beginnende betonrot niet verhullen.

Na de excursie greep de Chinese hiërarchie in onze vakantie in: Drolma kreeg van haar organisatie te horen dat zij ons niet verder mocht begeleiden; een gids uit de provicie Chongqing moest het overnemen. Zij had al bij het hotel ingecheckt, maar dit moest ongedaan worden gemaakt. Ze vond het zelf niet leuk, maar bevel is nu eenmaal bevel in dit land. We moesten dus afscheid gaan nemen van deze vrouw die zich zo soepel in ons gezin had ingevoegd. Jammer.

's Avonds wandelen we door het stadje. We kochten ergens kartonnen bekers met noedels, bier en fruit. We aten op een van de hotelkamers.















Maandag om tien uur 's morgens stond onze nieuwe gids, deze keer een jonge man, in het hotel. Met een veel te grote bus werden we naar Chongqing gereden, waar we rond één uur aankwamen. Inderdaad een grote stad, zoals ik verwacht had, maar veel aangenamer dan ik dacht. De bergachtige omgeving bleef tot redelijk dicht bij de stad schilderachtig en de vooral in hoogbouw opgetrokken wijken zagen er modern uit. Het hotel was prima. En we hadden weer internet.




















Met de monorail (轻轨) gingen we richting centrum, zo'n 7 kilometer van het hotel. We stapten wat te vroeg uit en in deze stad met grote hoogteverschillen was het lastig om de weg naar het echte centrum te vinden. We namen twee taxis en voor 5 yuan elk (een halve euro dus) stonden we op een gegeven moment vlak bij het vrijheidsmonument dat nu een beetje zielig tussen de wolkenkrabbers staat. We besloten bij de exclusieve pizzeria 'Amalfi' te gaan eten, waar we inderdaad pizza's kregen die ermee door konden.

Daarna gingen we naar de grote Xinhua (新华) boekhandel, waar zoals in veel boekwinkels in China tientallen mensen op de grond zaten te lezen. We kochten er de Chinese Harry Potter - het eerste deel - , om toe te voegen aan de collectie, boeken voor de HSK test, en een verzameling DVD's en Video CD's.

Adriaan voelde zich niet helemaal goed. Daarom gingen we wat eerder terug naar het hotel. Liesbeth, Evert en ik zijn later nog even terug gegaan naar het centrum om bij McDonalds te eten. Ik ben de enige die geen problemen heeft met Chinees eten - ik ontbijt zelfs Chinees -, maar de anderen kunnen het eten echt niet meer zien.

(wordt vervolgd)


woensdag 8 augustus 2007

Een week onderweg

We zijn vandaag een week onderweg. Tijd om te schrijven heb ik tot nu toe niet gehad met ons volle programma, maar halverwege durf ik best te zeggen dat dit een succes was en nog gaat worden.

Woensdag 1 augustus begon het al mooi. We waren vier uur voor vertrek van het vliegtuig op Schiphol, en daar kregen we te horen dat we op de reservelijst stonden en grote kans zouden lopen niet mee te kunnen met het vliegtuig. Geen leuk begin. Maar we hadden geluk: er werden nog vijf plaatsen gevonden van mensen die niet op kwamen dagen of er was geschoven met plaatsen van de business class. Toen begon dus de lange vliegreis. Inge was even een beetje onrustig bij het opstijgen, maar de vlucht was zo rustig dat de reis hoogstens wat saai was. In Beijiing werden we afgehaald door een opgewonden dame die mij heel erg om mijn Chinees prees en ons een veel te dure excursie probeerde aan te smeren. Dat deden we dus niet. Het hotel was niet super, maar zeker acceptabel.









De eerste dag bekeken we meteen de verboden stad, we liepen wat rond en gingen voor het eerst echt Chinees eten. De dag daarna deden we de voor Liesbeth en mij vertrouwde excursie naar de Muur, weer heel leuk, nieuw voor de kinderen en op een in dit seizoen wel erg volle muur. Terug liepen we in het verkeer vast, zodat we wel erg laat kwamen voor onze afspraak met Gui Jie, de vrouw me wie ik een tijd de nieuwsbrief van deIACMR had gemaakt.




Het was heel leuk om met haar te eten en na afloop dronken we nog bier op een terras naast het hotel, bijna voor niets naar ons gevoel, heerlijk ik de zwoele zomeravond.

De laatste en derde dag hadden we weer een Chinese dame uit mijn verzameling, Lü Yan, de vrouw die zowel mij als Liesbeth ooit over HRM in Nederland had geïnterviewd. Met haar, een heel aardige en spontane jong vrouw, gingen we naar het Zomerpaleis, een prachtige plaats, ondanks de wel erg grote drukte. Toen we dit allemaal gezien hadden, had zei een afspraak met haar vriend en haar zus, en wij gingen richting de drum tower, om daar door de Hutongs te zwerven en te lunchen. Uiteindelijk gingen we met een gewone stadsbus (trolleybus) terug naar het hotel. Hier merkte ik opnieuw hoe gemakkelijk het is om een beetje Chinees te spreken. Mensen in de bus hielpen ons en hun beperkte Engels samen met mijn Chinees van twee jaar studeren waren samen net genoeg om op de goede plek uit te komen.

Die avond gingen we naar Xi'an, waar we opnieuw twee nachten zouden blijven. Het treinstation Beijing West was op zichzelf al een belevenis: zo'n groot station vind je niet gauw. De slaaptrein was comfortabel en na een nacht met voor de een wat meer slaap dan voor de ander kwamen we Xi'an, waar ene Rocky ons nu opwachtte, een student vergelijkende literatuurwetenschap, die de literatuur van Japan en Engels bestudeerde als hij niet met toeristen rondreed. Xi'an is ons goed bevallen: een redelijk overzichtelijke stad, met voldoende bezienswaardigheden voor drie dagen. De eerste dag leerden we de stad een beetje kennen, zagen we de Moslim-wijk, waar we onze onderhandelingskunsten uitprobeerden bij het komen van onnuttige zaken en slenterden we dat rond.


De tweede dag gingen we met een excursie mee naar de het terracotta leger dat in het echt not indrukwekkender was dan op de diverse documentaires die we er al over gezien hadden. Ik was gefascineerd door de koets die de keizer had laten bouwen voor zijn ziel, zodat die de troepen kon blijven inspecteren. Een control-freak ook toen hij dood was... Op de excursie zagen we ook nog een prehistorisch dorp en de pagode van de witte gans.
Het Chinese eten begon ons een beetje tegen te staan en daarom gingen we in een zogenaamd Westers restaurant eten. We zaten er heerlijk rustig, en de inrichting was wat Chinezen zich kennelijk bij Westers voorstellen: gedempt licht, pianomuziek, fauteuils. Weer eens wat anders.

De laatste dag deden we het relaxed. We bekeken samen het museum waar alle bekende steentabletten staan opgesteld met beroemde literaire en filosofische teksten, waaronder die van Confucius. Al begrepen we weinig van al die karakters, toch was het museum heel aangenaam door de rust en ingetogen sfeer die er hing: een soort oase in deze stad.
Na dit museum splitsen we op. De kinderen gingen nog wat de binnenstad in om te onderhandelen over niks, Liesbeth en ik liepen langs de stadmuur door het park dat daar is en vandaar naar een Taostische tempel. Op het plein ervoor was een soort markt, in de tempel gingen de monniken, met knotjes op hun hoofd, op een gegeven moment in gebeden zingen. Heel mooi en heel onbegrijpelijk. Hebben taoisten eigenlijk wel een God?
Een minpuntje van Xi'an vonden wij de hygiene: op veel plaatsen ruikt het naar het riool. In de restaurants ziet het er ook niet overal zo fris uit. Drie van de vijf van ons ontwikkelden darmproblemen, waaronder vrij heftige...

Aan het eind van deze derde dag Xi'an, mochten we weer naar de trein, nu een wat minder nieuwe en wat minder snelle. Ik mocht in een compartiment liggen met alleen Chinezen, twee mannen en een vrouw. Geen van hen kende één woord Engels, en dit gaf een mooie gelegenheid om eens een boom in het Chinees op te zetten. Liesbeth en Inge kwamen er ook af en toe bij zitten, en het werd een grappig gesprek, waar ik af en toe het elektronische woordenboek moest gebruiken om de volgende zin te zeggen, maar we kwamen een heel eind. We kregen nog walnoten aangeboden, maar we vonden het niet zo'n goed idee om die dingen gewoon met onze kiezen te kraken zoals die Chinezen deden. 'Net apen', zei Inge.

De reis duurde lang. Vroeg in de ochtend slingerden we door prachtig berglandschap langs een rivier. Aan het station werden we opgewacht door Drolma, een spontane en open jonge vrouw van Tibetaanse afkomst - in de bergen van Sichuan wonen veel Tibetanen, vertelde ze later. Ze bracht ons met haar stille chauffeur, een jongen met een smal gezicht, naar ons hotel, waar we om vier uur aankwamen.

Chengdu bleek heel modern. Het leek een schonere stad dan Xi'an. We hadden wat moeite om een restaurant te vinden, maar uiteindelijk aten we in iets heel groots. Twee gerechten bestonden voor de helft uit rode peper. We waren dus echt in Sichuan!

dinsdag 31 juli 2007

Ons reisblog

Hier komen onze reisverslagen, foto's en dergelijke, voorzover de internetconnecties in de hotels dat gaan toestaan. Het is mogelijk om op de berichten te reageren.

Dit is het programma dat we hebben 'gekocht':

Tour based on 1 twin room and 1 twin room with extra bed, including lunch

02 aug 2007
Arrival in Beijing by flight KL897 at 08.55 hrs.
Transfer to hotel
Stay at Yue Xiu Hotel (2n)
03 aug 2007
Free day Beijing.
04 aug 2007
Evening transfer to railway station
Beijing-Xian by night train Z19, departure at 21.24 hrs (softsleeper)
05 aug 2007
Arrival in Xian at 08.25 hrs. Transfer to hotel
Stay at New Henderson Hotel (2n)
06 aug 2007
Free day Xian
07 aug 2007
Evening transfer to railway station
Xian-Chengdu by night train K165, departure at 22.18 hrs (softsleeper)
08 aug 2007
Arrival in Chengdu at 14.48 hrs. Transfer to hotel
Stay at Quanxin Grand Hotel (1n)
09 aug 2007
Transfer to Wolong Nature Reserve. Visit reserve with guide
Stay at Wolong Inn Hotel (1n)
10 aug 2007
Transfer to Qingcheng. Walk with guide
Stay at Yudai Hotel (1n)
11 aug 2007
Transfer to Leshan and visit Big Buddha
Stay at Hotel Jiazhou (1n)
12 aug 2007
Transfer to Dazu. Stay at Dazu Hotel (1n)
13 aug 2007
Visit Dazu cave and transfer to Chongqing.
Stay at Wanyou Hotel (1n)
14 aug 2007
Transfer to airport
Chongqing-Shanghai by flight FM9546 11.45-13.55 hrs
Transfer to Hotel Zhao An (3n)
15 aug 2007
Free day Shanghai
16 aug 2007
Free day Shanghai
17 aug 2007
Transfer to airport for flight KL894 to Amsterdam, departure at 08.50 hrs