woensdag 8 augustus 2007

Een week onderweg

We zijn vandaag een week onderweg. Tijd om te schrijven heb ik tot nu toe niet gehad met ons volle programma, maar halverwege durf ik best te zeggen dat dit een succes was en nog gaat worden.

Woensdag 1 augustus begon het al mooi. We waren vier uur voor vertrek van het vliegtuig op Schiphol, en daar kregen we te horen dat we op de reservelijst stonden en grote kans zouden lopen niet mee te kunnen met het vliegtuig. Geen leuk begin. Maar we hadden geluk: er werden nog vijf plaatsen gevonden van mensen die niet op kwamen dagen of er was geschoven met plaatsen van de business class. Toen begon dus de lange vliegreis. Inge was even een beetje onrustig bij het opstijgen, maar de vlucht was zo rustig dat de reis hoogstens wat saai was. In Beijiing werden we afgehaald door een opgewonden dame die mij heel erg om mijn Chinees prees en ons een veel te dure excursie probeerde aan te smeren. Dat deden we dus niet. Het hotel was niet super, maar zeker acceptabel.









De eerste dag bekeken we meteen de verboden stad, we liepen wat rond en gingen voor het eerst echt Chinees eten. De dag daarna deden we de voor Liesbeth en mij vertrouwde excursie naar de Muur, weer heel leuk, nieuw voor de kinderen en op een in dit seizoen wel erg volle muur. Terug liepen we in het verkeer vast, zodat we wel erg laat kwamen voor onze afspraak met Gui Jie, de vrouw me wie ik een tijd de nieuwsbrief van deIACMR had gemaakt.




Het was heel leuk om met haar te eten en na afloop dronken we nog bier op een terras naast het hotel, bijna voor niets naar ons gevoel, heerlijk ik de zwoele zomeravond.

De laatste en derde dag hadden we weer een Chinese dame uit mijn verzameling, Lü Yan, de vrouw die zowel mij als Liesbeth ooit over HRM in Nederland had geïnterviewd. Met haar, een heel aardige en spontane jong vrouw, gingen we naar het Zomerpaleis, een prachtige plaats, ondanks de wel erg grote drukte. Toen we dit allemaal gezien hadden, had zei een afspraak met haar vriend en haar zus, en wij gingen richting de drum tower, om daar door de Hutongs te zwerven en te lunchen. Uiteindelijk gingen we met een gewone stadsbus (trolleybus) terug naar het hotel. Hier merkte ik opnieuw hoe gemakkelijk het is om een beetje Chinees te spreken. Mensen in de bus hielpen ons en hun beperkte Engels samen met mijn Chinees van twee jaar studeren waren samen net genoeg om op de goede plek uit te komen.

Die avond gingen we naar Xi'an, waar we opnieuw twee nachten zouden blijven. Het treinstation Beijing West was op zichzelf al een belevenis: zo'n groot station vind je niet gauw. De slaaptrein was comfortabel en na een nacht met voor de een wat meer slaap dan voor de ander kwamen we Xi'an, waar ene Rocky ons nu opwachtte, een student vergelijkende literatuurwetenschap, die de literatuur van Japan en Engels bestudeerde als hij niet met toeristen rondreed. Xi'an is ons goed bevallen: een redelijk overzichtelijke stad, met voldoende bezienswaardigheden voor drie dagen. De eerste dag leerden we de stad een beetje kennen, zagen we de Moslim-wijk, waar we onze onderhandelingskunsten uitprobeerden bij het komen van onnuttige zaken en slenterden we dat rond.


De tweede dag gingen we met een excursie mee naar de het terracotta leger dat in het echt not indrukwekkender was dan op de diverse documentaires die we er al over gezien hadden. Ik was gefascineerd door de koets die de keizer had laten bouwen voor zijn ziel, zodat die de troepen kon blijven inspecteren. Een control-freak ook toen hij dood was... Op de excursie zagen we ook nog een prehistorisch dorp en de pagode van de witte gans.
Het Chinese eten begon ons een beetje tegen te staan en daarom gingen we in een zogenaamd Westers restaurant eten. We zaten er heerlijk rustig, en de inrichting was wat Chinezen zich kennelijk bij Westers voorstellen: gedempt licht, pianomuziek, fauteuils. Weer eens wat anders.

De laatste dag deden we het relaxed. We bekeken samen het museum waar alle bekende steentabletten staan opgesteld met beroemde literaire en filosofische teksten, waaronder die van Confucius. Al begrepen we weinig van al die karakters, toch was het museum heel aangenaam door de rust en ingetogen sfeer die er hing: een soort oase in deze stad.
Na dit museum splitsen we op. De kinderen gingen nog wat de binnenstad in om te onderhandelen over niks, Liesbeth en ik liepen langs de stadmuur door het park dat daar is en vandaar naar een Taostische tempel. Op het plein ervoor was een soort markt, in de tempel gingen de monniken, met knotjes op hun hoofd, op een gegeven moment in gebeden zingen. Heel mooi en heel onbegrijpelijk. Hebben taoisten eigenlijk wel een God?
Een minpuntje van Xi'an vonden wij de hygiene: op veel plaatsen ruikt het naar het riool. In de restaurants ziet het er ook niet overal zo fris uit. Drie van de vijf van ons ontwikkelden darmproblemen, waaronder vrij heftige...

Aan het eind van deze derde dag Xi'an, mochten we weer naar de trein, nu een wat minder nieuwe en wat minder snelle. Ik mocht in een compartiment liggen met alleen Chinezen, twee mannen en een vrouw. Geen van hen kende één woord Engels, en dit gaf een mooie gelegenheid om eens een boom in het Chinees op te zetten. Liesbeth en Inge kwamen er ook af en toe bij zitten, en het werd een grappig gesprek, waar ik af en toe het elektronische woordenboek moest gebruiken om de volgende zin te zeggen, maar we kwamen een heel eind. We kregen nog walnoten aangeboden, maar we vonden het niet zo'n goed idee om die dingen gewoon met onze kiezen te kraken zoals die Chinezen deden. 'Net apen', zei Inge.

De reis duurde lang. Vroeg in de ochtend slingerden we door prachtig berglandschap langs een rivier. Aan het station werden we opgewacht door Drolma, een spontane en open jonge vrouw van Tibetaanse afkomst - in de bergen van Sichuan wonen veel Tibetanen, vertelde ze later. Ze bracht ons met haar stille chauffeur, een jongen met een smal gezicht, naar ons hotel, waar we om vier uur aankwamen.

Chengdu bleek heel modern. Het leek een schonere stad dan Xi'an. We hadden wat moeite om een restaurant te vinden, maar uiteindelijk aten we in iets heel groots. Twee gerechten bestonden voor de helft uit rode peper. We waren dus echt in Sichuan!

1 opmerking:

  1. Huibert en family,

    Ben ontertussen weer aan het werk in het regeachtige Nederland (en Belgie). Leuk om jullie op reis te zien. Veel plezier nog.

    BeantwoordenVerwijderen